Bij het moderne werken hoort dat iedereen overal, altijd en vanaf elk apparaat toegang heeft tot zijn of haar bestanden. Maar soms is het goed bepaalde voorwaarden te hanteren bij het geven van die toegang. Die ‘voorwaardelijke toegang’ kun je regelen met Azure AD conditional access. Die voorwaarden kunnen worden aangepast op basis van een aantal zaken. De belangrijkste drie:
- Gebruikers en gebruikersgroepen
Om het risico te verkleinen dat gevoelige gegevens worden gelekt, kun je definiëren welke gebruikers of gebruikersgroepen toegang hebben tot welke applicaties of folders, waarbij je natuurlijk extra aandacht geeft aan zeer gevoelige informatie van bijvoorbeeld de afdeling HR of financiële gegevens.
Het Azure AD machine learning-algoritme evalueert elke inlogpoging en geven deze een lage, gemiddelde of hoge risicoscore mee, afhankelijk van hoe waarschijnlijk het is dat iemand anders dan de rechtmatige eigenaar van het account probeert in te loggen. Als de risicoscore hoog is, wordt de toegang geblokkeerd. Iedereen met een gemiddeld risico moet verplicht MFA gebruiken bij het inloggen.
Het kan hier gaan om een land met een beperkt beveiligingsbeleid, om een locatie met een onveilig draadloos netwerk of om een locatie waar je organisatie doorgaans geen zaken mee doet. Je kunt toegangsvereisten instellen voor inlogpogingen vanaf locaties die niet op een veilige IP-lijst staan of die om andere redenen riskant zijn. Ook kun je medewerkers – of andere bekende gebruikers – die zich buiten het bedrijfsnetwerk bevinden verplichten MFA toe te passen.